Thema herfst | 9 leuke herfstknutsels!

1: Lopen in de regen
Bekijk met de leerlingen hoe een paraplu er uit ziet. Welke details moeten hiervan op de tekening komen, etc. De leerlingen kunnen daarna met wasco een persoon met paraplu tekenen. Daarna kunnen de leerlingen er met blauwe ecoline overheen. Om witte streepjes op je tekening te krijgen, zodat het op regen lijkt, kun je maken door met een lijmstift strepen op het papier te zetten. Dit moet natuurlijk wel even drogen voordat je er met ecoline over heen gaat.

2: Spinnenweb
Laat leerlingen op een a4 papier een spinnenweb tekenen (zie foto). Hier kun je ook al de basis downloaden. Elk vakje krijgt een andere kleur. Van zwarte wol maak je een spin. Verzamel wat korte, zwarte stukjes wol in horizontale richting. Knoop deze in het midden aan elkaar vast (met hetzelfde zwarte wol). Deze spin bevestig je tenslotte met een zwart draadje (wol) aan de tekening. Voor de spin kun je eventueel ook nog ‘googly eyes’ gebruiken.

3: Spin en een spinnenweb van een kartonnen bordje
Gebruik voor het spinnenweb een kartonnen bordje. Laat de leerlingen met een wit potlood of met een wit wasco krijtje een spinnenweb op het bordje tekenen. Daarna kunnen de leerlingen met zwarte waterverf (of zwarte verf dat een beetje verdund is met water) het bordje verven.
Voor de spin moet de leerling zijn handpalm gebruiken. De handpalm moet zowel een keer de linker- als de rechterkant op wijzen (zie foto). De ogen kunnen zowel geverfd als getekend worden. Googly eyes zijn ook leuk om te gebruiken. Zodra de details zijn aangebracht, kan de mooie spin worden uitgeknipt. Zodra het bordje droog is kan de spin er worden opgeplakt.

4: Egel
Klik hier om de egel kleurplaat te downloaden. Gebruik voor het maken van de zwarte streepjes een plastic vork. Hier kan zowel zwarte inkt als zwarte verf voor gebruikt worden. Zwarte verf is misschien een veiligere keus.

5: Boom van kranten of boeken
In dit geval is er gekozen voor een grijze achtergrond, maar die keus is aan ieder zelf. Laat leerlingen een krant (of 1 pagina daarvan) in stukjes scheuren. Dit kan ook met pagina’s uit oude (lees)boeken. Laat de leerlingen deze stukjes zo neerleggen (niet meteen vastplakken) in de vorm van een boom. Zodra het geheel naar tevredenheid is, kan de leerlingen alle stukjes opplakken.

6: Paddenstoelen
Laat de leerlingen als eerst de grootste paddenstoel tekenen. Deze paddenstoel komt in het midden. Zodra deze klaar is, kunnen de leerlingen nog enkele kleine paddenstoelen aan de zijkanten tekenen. Laat leerlingen op de grote paddenstoel een slak tekenen. Na het tekenen gaan de leerlingen met een (dikke) zwarte stift de randen bij langs. Zodra alle details op papier staan, kunnen de leerlingen met waterverf de tekening inkleuren.

7: Boom met vingerafdrukken
Print als eerste een kleurplaat van een boom uit. De kleurplaat uit het voorbeeld kun je hier vinden. Leerlingen uit de bovenbouw kunnen misschien zelf een mooie boom tekenen. In het voorbeeld is er gebruik gemaakt van inkt, maar er kan net zo goed gebruik gemaakt worden van verf. Het is de bedoeling dat de leerlingen met hun vinger afdrukken maken op de boom. Deze vingerafdrukken moeten de bladeren voorstellen. Zelf vind ik het mooi om daar verschillende kleuren voor te gebruiken (net zoals in het voorbeeld).

8: Gekleurde bladeren
Laat leerlingen eerst met wasco (dik inkleuren) gekleurde bladeren op een a4 papier tekenen. Zodra deze bladeren klaar zijn, kan er met zwarte waterverf overheen geschilderd worden. Je kunt er natuurlijk ook voor kiezen om ecoline te gebruiken.

9: Paddenstoelen in het wild
Laat leerlingen eerst een achtergrond schilderen. De leerkracht kan deze kleuren kiezen (bijv. alleen blauw en groen), maar je kan dit natuurlijk ook aan de kinderen zelf overlaten. Als de achtergrond droog is, kunnen de leerlingen met verf paddenstoelen schilderen. Zelf zou ik er ook nog voor kiezen om van te voren een paar duidelijke voorbeelden van paddenstoelen op het digibord te laten zien.